Een camper die niet gebruikt wordt, wordt door veel eigenaren een aantal maanden per jaar geschorst. Geen motorrijtuigenbelasting, geen verplichte APK, en ook geen verzekering nodig zolang het voertuig maar van de openbare weg blijft. Maar de RDW heeft blijkbaar jarenlang een te hoog tarief toegepast bij het schorsen van campers.
Tussen 1 januari 2014 en 31 december 2024 zijn ongeveer 6.700 voertuigeigenaren daardoor te veel kwijt geweest. In de meeste gevallen gaat het om campereigenaren. De Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) heeft de fout inmiddels erkend en start met het terugbetalen van de onterecht geïnde bedragen.
Onjuiste toepassing van schorsingstarief
De fout zat in de interpretatie van de zogenoemde ‘Regeling tarieven Dienst Wegverkeer’. Volgens deze regeling gold van 2014 tot en met 2024 voor voertuigen uit categorie M1 – personenauto’s, waaronder campers vallen – die zwaarder zijn dan 3.500 kg én jonger dan 15 jaar, het lage schorsingstarief. In werkelijkheid werd echter het normale, hogere tarief in rekening gebracht.
Dit lijkt op het eerste gezicht een kleine administratieve vergissing, maar de financiële gevolgen zijn aanzienlijk. Campers die jaarlijks tijdelijk geschorst werden, hebben tot €58,95 per jaar te veel betaald.
Wie krijgt geld terug – en hoeveel?
De RDW schat dat het om ongeveer 6.700 voertuigeigenaren gaat. Zij krijgen in de komende weken een brief met instructies. De eerste 500 brieven zijn op 8 mei verstuurd; voor 15 juni moet iedereen die recht heeft op teruggave geïnformeerd zijn. In de brief staat welke gegevens nodig zijn en hoe deze via de RDW-website kunnen worden ingediend.
Het verschil tussen het normale tarief (€88,05 per jaar) en het lage tarief (€29,10 per jaar) betekent dat sommige eigenaren honderden euro’s kunnen terugkrijgen, afhankelijk van hoe vaak en hoelang zij hun voertuig hebben geschorst.
Nieuwe regels sinds 2025
Sinds 1 januari 2025 is de regeling gewijzigd. Voor voertuigen in de categorie M1 die zwaarder zijn dan 3.500 kg en jonger dan 15 jaar geldt nu wél officieel het normale tarief. De afwijking is dus formeel rechtgezet, wat betekent dat campereigenaren vanaf dit jaar wél het hogere bedrag verschuldigd zijn bij schorsing.
Praktische gevolgen voor campereigenaren
Voor veel camperaars is het tijdelijk schorsen van hun voertuig een logische stap. Denk aan de winterperiode waarin de camper maandenlang in de stalling staat. Tijdens zo’n schorsing vervalt de verplichting om wegenbelasting te betalen en is een geldige APK niet nodig. Ook kan de verzekering tijdelijk worden stopgezet. Wel geldt de voorwaarde dat het voertuig niet op de openbare weg mag staan of rijden.
De kosten voor het schorsen hangen af van de duur (meestal minimaal één maand, tot maximaal één jaar) en van het type voertuig. Met de nu erkende fout in het tarief voor zware campers zijn veel seizoenskampeerders dus structureel benadeeld geweest in hun jaarlijkse kostenplaatje.
Wat moeten camperaars nu doen?
De RDW vraagt betrokken eigenaren om even af te wachten tot zij de brief ontvangen. Wie vóór 1 juli 2025 nog niets heeft gehoord, maar denkt recht te hebben op compensatie, wordt aangeraden daarna contact op te nemen met de RDW. Alles verloopt digitaal: via de website kunnen de benodigde gegevens worden ingediend, waarna het bedrag op de rekening van de eigenaar wordt teruggestort.
Let wel: alleen wie in de genoemde periode tussen 2014 en 2024 een camper heeft geschorst die aan de voorwaarden voldoet (categorie M1, >3.500 kg, <15 jaar), komt in aanmerking. Campers die ouder of lichter zijn, of waarvoor geen schorsing heeft plaatsgevonden, vallen buiten deze regeling.
Controle bij schorsen blijft noodzakelijk
De RDW benadrukt dat het belangrijk blijft om bij het aanvragen van een schorsing goed te controleren welk tarief geldt. Op de RDW-website is hiervoor een overzicht beschikbaar, net als de mogelijkheid om de aanvraag online in te dienen. Een foutieve toepassing van het tarief kan immers opnieuw leiden tot onnodige kosten.